Amsterdamse Familie Scholen
Om de omstandigheden om tot leren te komen voor álle leerlingen te optimaliseren, zijn er de Amsterdamse Familie Scholen. Lynn Buikema is projectleider Amsterdamse Familie Scholen bij het HLW en de CSB, en functionaris vo voor de Amsterdamse Familie Scholen en de pilot Beter leren zonder geldstress voor het samenwerkingsverband Amsterdam-Diemen. In dit interview vertelt ze over Amsterdamse Familie Scholen.
Corona
Tijdens de maatregelen omtrent corona werd voor scholen zichtbaar hoe leerlingen er thuis bij zitten. Zo zagen ze hoe groot de verschillen tussen leerlingen zijn. Bijvoorbeeld of je thuis huiswerk kunt maken, of dat er internet is. Of een laptop. Het Samenwerkingsverband voortgezet onderwijs Amsterdam Diemen wilde hier na de coronaperiode gevolg aan geven.
Optimaliseren
De pilot ‘Beter leren zonder geldstress’ is in lijn met de doelstellingen van de aanpak van de gemeente van de Amsterdamse Familie Scholen. Zo besloten het samenwerkingsverband en gemeente samen op het trekken om het tot leren komen voor alle kinderen te optimaliseren.
Wat is een Amsterdamse Familie School?
Een Familiescholen werkt intensief samen met ouders en met maatschappelijke partners binnen de domeinen armoede, jeugd, zorg, sport, cultuur en de wijk. Lynn: "Omgevingsfactoren uit de leefwereld van het kind spelen een grote rol om dat wat aangeboden wordt te kunnen oppakken, plaatsen en verwerken: thuissituatie, buurt, opleidingsniveau van ouders, sociale context, etc.” Kortom, om tot leren te komen heeft een kind meer nodig dan ‘alleen onderwijs’. Dat is dan ook het uitgangspunt van de Amsterdamse Familiescholen. Lynn: “We streven naar een integrale dienstverlening en trekken daarin in de stad samen op.”
School als huisarts
Lynn: "Als school moet je eigenlijk een goede huisarts zijn: je hebt kennis maar je bent geen specialist. Net als de huisarts moet je goed kunnen signaleren om vervolgens goed door te verwijzen en vinger aan de pols te houden. Je moet niet alles in de school willen doen. Het netwerk om school kan de school van taken ontlasten zodat de leerlingen zich op school kunnen concentreren op het schoolwerk.”
Dat vraagt om een goede verbinding van school en ondersteuningsinstanties om de school. En het vraagt ook iets van het team op school. Lynn: ”Docenten, mentoren en andere medewerkers moeten kennis hebben van de leefwereld van de leerlingen; om problemen beter signaleren moeten ze bijvoorbeeld weten hoe ze de juiste vragen aan leerlingen en ouders stellen.”
HLW en CSB
Lynn begeleidt het HLW en de CSB bij het realiseren van de Familie School. Samen met de school, het Buurtteam, Ouder en Kind Team (OKT), de projectleider Jeugd & Veiligheid van de gemeente, Jongerenwerk (Dock) en met de schoolpsycholoog zit Lynn om tafel met de vraag: wat signaleren jullie aan problematiek? Waar hebben de ouders en leerlingen behoefte aan? Deze vraagt legt ze ook voor aan ouders, leerlingen en mentoren. Zo zetten ze met elkaar beleid uit voor de school.
Hallo wereld
Op het HLW maken ze gebruik van het programma: 'Hallo wereld'. Daar ontdekken leerlingen hun talenten en maken kennis met de stad buiten hun wijk. Zo haalt school de wereld binnen door bijvoorbeeld gastsprekers uit te nodigen. Leerlingen vergroten zo het inzicht in de context waarin school de lesstof aanbiedt.
Geldstress
Op het HLW en de CSB zijn al initiatieven als het schoolontbijt. Lynn: “Als Amsterdamse Familie School kijk je dan ook naar welke nieuwe verbinding je kunt maken met wat er in de wijk is. Bijvoorbeeld welke lokale ondernemers voor het schoolontbijt zou kunnen zorgen". Zo zorgen ze gezamenlijk voor een goede start van de dag.
Preventie
Naast allerlei ondersteuning aan gezinnen die het niet breed hebben -denk aan stadspas, boodschappenkaart- zet de Familie School ook actief in aan de preventieve kant. Zo ontwikkelen het HLW en de CSB een doorlopende leerlijn financiële educatie om leerlingen te informeren en leren hoe ze hun geldzaken goed kunnen regelen, ook als ze straks 18 jaar zijn.
Wantrouwen
Wat Lynn merkt uit de gesprekken met alle vo-scholen en ketenpartners in het project, is dat er veel wantrouwen leeft bij ouders tegen de overheid en instanties. Daardoor is het moeilijk om door te verwijzen of te laten verwijzen naar alle hulp die er wel voor handen is. Lynn: “Als er thuis problemen zijn is het juíst moeilijk om die ouder te bereiken. De verschillende instanties zijn ook niet altijd onderling verbonden. Daar gaan de ketenpartners het over hebben. Als school wil je die vertrouwde instantie zijn maar je kan als school niet ook alles doen.”
Brugfunctionaris
De nieuwe functie van Brugfunctionaris, zoals voorgesteld door OCW, is voor veel scholen een mooie aanvulling op de aanpak van de Amsterdamse Familie Scholen. Lynn: “Het idee is dat deze persoon een vertrouwd gezicht en verbinder is voor ouders en mentoren. En tegelijkertijd zijn netwerk heeft met de buurt en de instanties. De brugfunctionaris kan dan functioneren als een coach voor de ouders en voor de leerling. Hij kan bijvoorbeeld met ouders mee naar een gesprek, kan helpen de juiste formulieren aan te leveren, etc.
Het zou fantastisch zijn als ouders met zorgen de komende jaren beter de weg weten en durven te nemen naar school om aan te kloppen als er dingen nodig zijn. Of bij een buurtteam, en dat school via het buurtteam weet wat speelt zodat er preventief gewerkt kan worden. Door dit project en deze aanpak is iedereen in school zich meer bewust wat speelt bij een leerling en om vervolgens het netwerk beter te kunnen inzetten.”