De 'Wet Vroegtijdige aanmelddatum en toelatingsrecht mbo' regelt dat jongeren het recht krijgen op toelating tot de mbo-opleiding van hun keuze, mits:
- de leerling zich aanmeldt voor 1 april.
- de leerling voldoet aan de vooropleidingseisen.
- de leerling meedoet aan de verplichte intakeactiviteiten.
Als een leerling niet aan deze voldoet, dan zijn de rollen omgedraaid: de opleiding kiest dan de student. Daarnaast hebben leerlingen die zich tijdig melden recht op een studiekeuzeadvies. >> Meer informatie op website van de MBO Raad
Uitzonderingen
Als er meer aanmeldingen dan beschikbare plaatsen zijn, mag een opleiding studenten plaatsen in volgorde van aanmelding of loten, met eventueel voorrang voor degenen die vóór 1 april hebben aangemeld.
Sommige opleidingen mogen aanvullende eisen stellen, zoals vaardigheden of eigenschappen noodzakelijk zijn voor een bepaald beroep. Denk bijvoorbeeld aan een dansopleiding. >> Volledige lijst op Overheid.nl
Intake-activiteit
Het doel van een intake-activiteit is checken of je verwachtingen over opleiding en beroep kloppen. Mbo-instellingen mogen zelf bepalen hoe ze hun intake-activiteit organiseren, bijvoorbeeld in de vorm van een gesprek of met een proefles.
Bindend studieadvies
Tegenover de keuzevrijheid van studenten staat het bindend studieadvies dat de opleiding kan geven bij tegenvallende resultaten. Na een negatief bindend studieadvies mag een opleiding de onderwijsovereenkomst ontbinden. Bij opleidingen van een jaar krijgt elke student een bindend studieadvies na drie maanden (en uiterlijk binnen vier maanden), bij meerjarige opleidingen na ten minste negen maanden (en uiterlijk aan het einde van het eerste studiejaar). Een negatief advies kan nooit als een verrassing komen. Als het niet goed gaat, krijgt de student eerder al een schriftelijke waarschuwing en een verbetertermijn. Een negatief bindend studieadvies kan leiden tot ontbinding van de onderwijsovereenkomst. In dat geval moet de student met de studie stoppen. Wel heeft de opleiding voorafgaand aan de uitschrijving een uitgebreide inspanningsverplichting om de student naar een andere opleiding te begeleiden.